besluiten

{{besluiten}}{{/term}}

I 〈overgankelijk werkwoord〉

1 [beëindigen] conclude ⇒ close, end

2 [een besluit nemen] decide ⇒ resolve

3 [omsluiten] comprise ⇒ include, contain

♦voorbeelden:

1   een feest met een lied besluiten • round off a party with a song

2   de vergadering besloot het volgende/stappen te nemen • the meeting resolved as follows/to take steps

     de scheidsrechter besloot dat de wedstrijd niet door kon gaan • the referee decided to call off the match

3   het lag al in de opzet besloten • it was inherent in the plans

II 〈onovergankelijk werkwoord〉

1 [kiezen voor] decide

♦voorbeelden:

1   dit heeft ons ertegen doen besluiten • this has decided us against it

     overhaast besluiten • make a hasty decision